Plus Siemens test grootste, recycleerbare windmolenwieken

Als het op windturbines aankomt, is groter gewoonlijk beter. Kort door de bocht zijn daar drie redenen voor. Zo neemt de windsterkte toe op grotere hoogtes. Daarnaast kan een turbine met langere wieken energie oogsten uit een grotere oppervlakte en al bij lagere windsnelheden. Ten slotte levert een grotere turbine aanzienlijk meer energie dan een kleinere, maar tegelijk kost het niet evenveel extra energie om de turbine te produceren.

Zo groot als een voetbalveld

De voorbije jaren zijn windturbines enorm gegroeid. Dat mag je letterlijk nemen. In 2002 had de gemiddelde Amerikaanse windturbine op land een diameter van 60 meter, tegen 2019 was dat gemiddelde al verdubbeld. Het Spaans-Duitse Siemens Gamesa doet daar nu nog een stevige schep bovenop met de nieuwe recordhouder voor de grootste wiek ter wereld. De ‘B115’ heeft een lengte van maar liefst 115 meter, ongeveer zo lang als een voetbalveld en goed voor een diameter van 236 meter. In combinatie met een nieuwe generatie turbines halen de grootste windmolens van Siemens Gamesa een vermogen van 15 megawatt per stuk. De jaaropbrengst zou daarmee 30 procent hoger liggen dan die van de vorige generatie.

In één stuk

Bij de productie van de reuzewieken gebruikt Siemens Gamesa immens grote gietvormen. Zo kan het een wiek in één stuk maken, zonder lijmverbindingen die zwakke punten vormen. Het ontwerp is ook compatibel met de nieuwe hars die het bedrijf recent ontwikkelde. Bij het recycleren van de wieken kan die hars efficiënt gescheiden worden van de andere bestanddelen. Tegen het eind van dit jaar zal Siemens Gamesa een prototype van de nieuwe windturbine testen op het Deense nationale testcentrum voor windparken in Oesterild.