Het klantenbestand van KBC Bank & Verzekering strekt van de bakker om de hoek tot de multinational op de beurs. Hun portfolio aan diensten, investeringen en portefeuilles is divers en uitgebreid en vrijwel overal zal de impact van nieuwe Europese regelgeving voelbaar zijn. We spraken met Mathieu Neirinck, Program Manager Sustainability bij KBC Bank & Verzekering, over de manier waarop KBC zich in die veranderende markt wil positioneren.
Hoe ziet KBC de rol van duurzame financiering?
Mathieu Neirinck: "Voor ons hangt dat heel nauw samen met de rol die een bank of verzekeraar speelt in de maatschappij. Je kan financiering zien als olie voor de motor van de economie. Om zelf rendabel te blijven, moeten we voor elk krediet dat we verstrekken, analyseren of die persoon of dat bedrijf het geleende geld zal kunnen terugbetalen. Traditioneel kijken we daarvoor naar financiële ratio’s: rentabiliteit, liquiditeit, solvabiliteit … Maar hoe langer hoe meer nemen we ook klimaatrisico’s mee in rekening.”
“Denk bijvoorbeeld aan de overstromingen in Wallonië en de vele schadeclaims voor verzekeraars die daaruit voort kunnen komen. Aan de andere kant zorgde de droogte deze zomer voor dermate lage waterstanden op rivieren in Duitsland en Italië dat de toelevering van bedrijven in het gedrang kwam. Op die manier worden klimaatrisico’s financiële risico’s die een directe impact hebben op de financiële gezondheid van onze krediet- en verzekeringsportefeuille. Als bank-verzekeraar is het onze rol om die portefeuilles gezond te houden, dus is het evident dat we duurzaamheid er een plaats in geven. En aangezien 70 procent van de financiering van bedrijven in Europa via banken verloopt, zijn banken een hefboom in de verduurzaming van de economie en de realisatie van de Europese klimaatambities.”
De Europese Unie wil die hefboom volop aanwenden met regelgeving rond rapportering, financiering en de EU-taxonomie. Wat betekent dat voor jullie?
“KBC heeft een drieledige klimaatstrategie. Elk deel speelt in op verschillende aspecten van de Europese strategie rond financiering. Het eerste deel slaat op onze eigen werking, het goede voorbeeld geven. We maken al meer dan vijftien jaar een duurzaamheidsrapport en we hebben een eigen broeikasgasemissiestrategie met als doelstelling om tegen 2030 de uitstoot met 80 procent te verminderen ten opzichte van 2015.”
“Ten tweede willen we ons profileren als een referentie in duurzamer bankverzekeren. Drie jaar geleden hebben we bijvoorbeeld het Collective Commitment to Climate Action (CCCA) van het United Nations Environmental Program for Financial Institutions (UNEP FI) ondertekend. Als onderdeel daarvan hebben we begin oktober ons eerste klimaatrapport gepubliceerd, waarin we doelstellingen definiëren inzake de intensiteit van broeikasgasemissies op de meest klimaatintensieve activa en sectoren in onze kredietportefeuille: vastgoed, energie, mobiliteit, de landbouwsector … Zo hebben we bijvoorbeeld als doelstelling om 75 procent van de financiering aan de energiesector tegen 2030 aan hernieuwbare activa te wijden. Om dat te realiseren, zullen we gradueel een strenger acceptatiebeleid voor investeringen invoeren. Wat energie betreft is steenkoolfinanciering al een tijd uitgesloten; nieuwe ontginning van olie en gas sinds vorig jaar ook.”
“De derde pijler focust op onze klanten, zowel particulieren als bedrijven. KBC wil een partner zijn in hun transitie naar een duurzamere toekomst. Hoe? door inzicht en advies-op-maat te verschaffen en hen in hun projecten te begeleiden. Dat doen we doorgaans in samenwerking met partners.”
“Door ons vrijwillige CCCA-commitment enerzijds en door een stevige groei in duurzaamheidsrapportering door financiële instellingen anderzijds, moet KBC meer inzicht krijgen in de klimaatimpact van de bedrijven en de assets die het financiert. Die regelgeving start bij grote, beursgenoteerde bedrijven (de Europese Non-Financial Reporting Directive). Maar omdat banken over hun totale kredietportefeuille moeten rapporteren, worden ook duurzaamheidsvragen gesteld aan bedrijven die vandaag niet verplicht zijn om een duurzaamheidsrapport te maken. Het is een hele uitdaging om efficiënt aan die data te geraken.”
“De Non-Financial Reporting Directive vloeit straks over in de CSRD, de Corporate Sustainability Reporting Directive, waar ook niet-beursgenoteerde bedrijven onder vallen – naar schatting een vijftigduizendtal bedrijven in Europa. Kleinere niet-beursgenoteerde kmo’s die niet onderhevig zijn aan de CSRD zullen wellicht toch vroeger aan duurzaamheidsrapportering moeten doen, getriggerd door hun grote klanten. Het product van de kmo zit immers in de waardeketen van het grotere bedrijf, en als dat bedrijf moet rapporteren, heeft het input van zijn toeleveranciers nodig. We gaan ervan uit dat op termijn iedereen een groene boekhouding zal moeten bijhouden.”